Leugens en statistiek - Frans-Jan W. Parmentier

Klassekampen, 15 november 2019
In het klimaatdebat is er kennelijk geen goed nieuws zonder gegoochel met cijfers.
Leugens en statistiek
De Noorse regeringspartijen Høyre en Venstre vierden onlangs een klimaatfeestje op sociale media: De uitstoot van broeikasgassen ging voor het derde opeenvolgende jaar omlaag, en is sinds 1995 niet meer zo laag geweest. Venstre twitterde een grafiek waarbij de uitstoot gehalveerd leek, en Høyre zette een grafiek op Facebook die moest laten zien dat onder hun leiderschap de uitstoot alleen maar gedaald is. De boodschap was duidelijk: het klimaat is in goede handen bij een rechtse regering. Jammer dat daar niks van klopt.
De grafiek van Venstre had op zich de juiste getallen, maar de y-as was zo aangepast dat de onderste 51 miljoen ton aan broeikasgasuitstoot niet zichtbaar was. Een bekende truc waardoor de vermindering van de uitstoot een halvering leek, terwijl dit in werkelijkheid maar 0,9% was. Na veel kritiek verwijderde Venstre de grafiek en plaatste een correcte versie waar, uiteraard, nauwelijks een verschil tussen de jaren te zien was.
Dat weerhield Høyre er niet van om het nog bonter te maken. In hun grafiek was er niet alleen iets mis met de y-as, maar ook met de x-as. Ze hadden de jaren 2014 t/m 2016 eruit gehaald en de afstand tussen 2013 en 2017 vier keer kleiner gemaakt dan tussen 2017 en 2018. Daardoor leek het alsof de uitstoot sterk gedaald was, terwijl in werkelijkheid – in de ontbrekende jaren – die juist omhoogging. Helaas is dit maar al te typisch in een klimaatdebat waar kennelijk geen goed nieuws te melden valt zonder gegoochel met de cijfers.
Het is verleidelijk om grafieken aan te passen zodat de data er beter uit ziet. Na een storm van kritiek, moest Venstre een verbeterede grafiek publiceren (zie rechts)
Ik begrijp niet waarom de regeringspartijen zo hard op hun borst klopten over de minieme teruggang van de broeikasgasuitstoot, terwijl de klimaatdoelen van 2020 al onmogelijk blijken en die voor 2030, in dit tempo, pas dertig jaar later gehaald gaan worden. Daar kan je toch niet trots op zijn? Maar dat is nog niet alles: het nieuwsbericht van het Noorse centraal statistiekbureau, SSB, met de titel “Weinig verandering in de uitstoot van broeikasgassen”, was een aanpassing van de voorlopige getallen uit Juni, die juist een stijging van 0.4% lieten zien. Hoe was dat in een daling verandert?
Als je de desinformatie van de regeringspartijen terzijde schuift en naar de cijfers van het SSB kijkt, zie je dat in veel sectoren, zoals de landbouw, industrie en energievoorziening, de uitstoot inderdaad iets omlaagging. Maar tegelijkertijd deed een sterke toename in de uitstoot van wegverkeer en ander transport dat teniet. De enige reden dat er een netto vermindering van de uitstoot was, kwam door een grote vermindering onder het kopje "andere bronnen". Daaronder vallen namelijk HFKs – fluorkoolwaterstoffen die in koelinstallaties gebruikt werden en een opwarmend vermogen hebben dat honderden tot duizenden keren sterker is dan CO₂. Omgerekend naar CO₂-equivalenten liep de uitstoot daarvan met 540.000 ton terug, waardoor de balans voor het klimaat goed uitviel. Die getallen waren in Juni nog niet beschikbaar.
In Zweden is de uitstoot per hoofd van de bevolking twee keer lager
Is het niet mooi dat de regering de uitstoot van HFKs verminderd heeft? Ja, alleen het was niet deze regering, maar het kabinet Bondevik-2 van meer dan 15 jaar geleden. Op 1 januari 2003 werd er een belasting ingevoerd op de import en productie van HFKs in Noorwegen, waardoor het gebruik ervan met meer dan de helft halveerde. Aangezien het SSB in zijn berekeningen ervan uitgaat dat de apparatuur die deze gassen gebruiken een gemiddelde levensduur van 15 jaar hebben, werd die sterke reductie pas voor 2018 in de boeken geschreven. We hebben het dus niet over een gemeten vermindering van de uitstoot van HFKs, maar slechts een benadering daarvan op papier. Zonder deze eenmalige boekhoudkundige meevaller, die niks met het huidige kabinetsbeleid te maken heeft, was de uitstoot omhooggegaan.
Overigens hoeven we nu niet te denken dat het kabinet Bondevik zo klimaatvriendelijk was. De reductie in HFKs was een, mislukte, poging om te proberen aan het Kyotoprotocol te voldoen. Noorwegen had zelf gelobbyd om HFKs onderdeel te krijgen van het klimaatakkoord, want door de hoge broeikasgassterkte van deze gassen was het een relatief simpele ingreep die niet van toepassing was op de olie-industrie. Maar door het nalaten van een heffing op alle andere broeikasgassen, zoals CO₂ en methaan, bleef de broeikasgasuitstoot door Bondevik’s beleid gewoon stijgen – juist in de olie-industrie.
Het is nooit leuk om een feestje te verpesten. Deze geschiedenis laat echter de kracht van een heffing op broeikasgassen zien: de uitstoot gaat ervan omlaag. In Zweden doen ze dit al sinds 1991, en daar is de uitstoot per hoofd van de bevolking twee keer lager dan bij ons. Afgelopen maandag liet de Noorse Arbeiderpartiet weten dat ze openstaat voor een koolstofheffing en dividenduitkering, waarbij de opbrengsten van de heffingen weer teruggaan naar de belastingbetaler. Mensen die weinig uitstoten – vaak de lage inkomens – kunnen op deze manier zelfs meer terugkrijgen dan dat het hen kost, terwijl uitstootzondaars het meest betalen. Dat is wat de vergroening van de economie nodig heeft: niet alleen het klimaat redden, maar dat ook op een eerlijke manier doen.
Deze tekst verscheen oorspronkelijk in Klassekampen op 15 november 2019